Lengte-test voor onder- en bovenarm
in de armen zitten belangrijke spieren die zich vooral aanhechten aan de elleboog en/of het schoudergewricht. Deze spieren zijn verantwoordelijk voor vele hand, pols, onder- en bovenarm bewegingen met elk hun eigen specifieke functies.
De belangrijkste spieren van de de onder- en bovenarm bestaan vooral uit:
- m. biceps brachii
- m. triceps brachii
- De extensorengroep van de onderarm
- De flexorengroep van de onderarm.
Lengte-test m.biceps brachii:
- Sta rechtop en strek een arm naar maximale lengte
- Breng de arm naar achter en hou deze in maximale stand vast.
- Zorg dat de rugzijde van de hand naar boven wijst
Lengte-test m.triceps brachii:
- Sta rechtop en leg je hand op je schouderblad
- Zorg dat je elleboog maximaal gebogen is
- Breng je elleboog zover mogelijk omhoog
Lengte-test extensorengroep onderarm (bijvoorbeeld voor tenniselleboog):
- Sta rechtop of ga zitten
- Strek de elleboog zo ver mogelijk (maak een lange arm)
- Terwijl de rugzijde van de hand naar boven ligt, buig je de hand (pols) zo ver mogelijk naar je toe.
- Eventueel kunnen de vingers ook nog worden gestrekt.
Lengte-test flexorengroep onderarm:
- Sta rechtop of ga zitten
- Strek de elleboog zo ver mogelijk (maak een lange arm)
- Laat de binnenzijde van de arm naar voren of boven wijzen.
- Breng je hand naar achter en hou dit vast.
Het resultaat
Let bij de verschillende lengte-testen vooral op pijnervaringen, stijfheid, links/recht verschillen en de grootte van de bewegingsuitslag.
Snel verder naar Lenigheidstesten:
Test voor lengte adductoren (benen)
Test voor lengte armen: Triceps, Biceps en onderarmen
Overige testonderdelen:
Lenigheidstesten